De partners A en B brengen hun aandelen onder in een holding company c. Dit gebeurt in ruil voor aandelen c.
Hoofdstuk 3 1 Samenwerking llla De partners A en B richten een nieuwe werkmaatschappij o op. De activa van A en B wordt ingebracht in de werkmaatschappij o in ruil voor aandelen lllb Vervolgens krijgen A en B het karakter van een holding company.
Met het oog op een grote Europese markt is er sprake van een strategi- strategische heroriëntatie sche heroriëntatie van veel ondernemingen. Door zich te beperken tot de kernactiviteiten en vervolgens te groeien, door fusie of overname, hoopt men sterker te staan in de Europese markt. Met name een groter marktaandeel en (daardoor) grotere winst liggen in de lijn der verwachting. Men poogt dit te realiseren door het verkrijgen van schaalvoordelen bij de productie alsmede door een afslanking van ondersteunende ofwel stafafdelingen. Een sterk flexplek schiphol verbeterde vermogens- en liquiditeitspositie in het bedrijfsleven biedt hiertoe de mogelijkheid. Omdat de afzetmarkten niet sterk expanderen, lijkt de enige manier van groei die door overname van organisaties.
Daarnaast speelt de concurrentiepos1t1e een belangrijke rol. Indien concurrentiepositie marktleiders zich op bepaalde markten gaan begeven overwegen de Cijfers 8r Trends Consument is de dupe van overname Het is ‘eten of gegeten worden’. Wie niet overneemt wordt wel overgenomen en wie niet wordt overgenomen gaat kopje onder. Directeuren hebben geen tijd meer om te ondernemen, ze houden zich bezig met ‘dynamisch portfoliomanagement’. Als de fusie-en overnamegolf ongecontroleerd doorrolt, delft de consument het onderspit. Als globaal ondernemen werkelijkheid wordt, hoeft dat niet te gebeuren. Maar in de farmaceutische industrie is al gebleken dat bedrijven door te fuseren slechts hun toch al gigantische marges bestendigen. Door de globalisering verliezen bedrijven de bescherming die zij voorheen op hun deelmarkten genoten. Om de toekomstige investeringen veilig te stellen, vergroten zij hun schaal. De lokale autoriteiten lijken de machtsblokken niet te durven aanpakken. De autoriteiten zullen een goed onderscheid moeten maken tussen de lokale en de internationale markt waarop de bedrijven opereren. Anders houden de fusies op de lokale markt decennialang een concurrentieverstorend effect. Niet alleen globalisering zet bedrijven aan tot fuseren. Bedrijven zijn geweldig onzeker over waarmee ze morgen hun geld gaan verdienen. De meeste industrieën concentreren zich op kernactiviteiten. Toch dreigt deze trend door te slaan. Bedrijven die zich op een klein deelgebied concentreren, lopen de kans bij de minste of geringste tegenwind om te vallen. Het ‘kwartetten’ in de directiekamers is alleen mogelijk doordat het economisch tij mee zit. Daardoor hebben bedrijven het geld om zo actief te fuseren·en te acquireren. Dit staat op gespannen voet met het alledaagse leiden van een bedrijf.
Bron